Schermsymbolen
Het apparaat wordt gebruikt in een UMTS- of een
GSM-netwerk (netwerkdienst). De balk naast het
pictogram geeft de signaalsterkte van het netwerk
op uw huidige locatie aan. Hoe hoger de balk, des te
sterker is het signaal.
HSDPA (High-speed downlink packet access) / HSUPA
(High-speed uplink packet access) (netwerkservice)
in het UMTS-netwerk is geactiveerd.
Het apparaat gebruikt het profiel Offline en is niet
verbonden met een mobiel netwerk.
Het batterijniveau. Hoe hoger de balk, hoe sterker
de batterij is opgeladen.
Er staan ongelezen berichten in de map Inbox in
Berichten.
U hebt nieuwe e-mail ontvangen in de externe
mailbox.
De map Outbox in Berichten bevat berichten die nog
niet zijn verzonden.
U hebt oproepen gemist.
Het apparaat
© 2009 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
15
De toetsen van het apparaat zijn vergrendeld.
Er is een wekker ingesteld.
U hebt het profiel Stil geactiveerd. Er klinkt geen
beltoon bij een inkomend gesprek of bericht.
Bluetooth-connectiviteit is ingeschakeld.
Er is een Bluetooth-verbinding tot stand gebracht.
Als het symbool knippert, probeert het apparaat
verbinding te maken met een ander apparaat.
Er is een GPRS-packet-gegevensverbinding
beschikbaar (netwerkdienst). geeft aan dat de
verbinding actief is. geeft aan dat de verbinding
in de wachtstand staat.
Er is een EGPRS-packet-gegevensverbinding
beschikbaar (netwerkdienst). geeft aan dat de
verbinding actief is. geeft aan dat de verbinding
in de wachtstand staat.
Er is een UMTS-packet-gegevensverbinding
beschikbaar (netwerkdienst). geeft aan dat de
verbinding actief is. geeft aan dat de verbinding
in de wachtstand staat.
HSDPA/HSUPA wordt ondersteund en is beschikbaar
(netwerkservice). Het pictogram kan per regio
verschillen. geeft aan dat de verbinding actief is.
geeft aan dat de verbinding in de wachtstand
staat.
Uw apparaat is via een USB-gegevenskabel
aangesloten op een computer.
De tweede telefoonlijn wordt gebruikt
(netwerkdienst).
Alle oproepen worden doorgeschakeld naar een
ander nummer. Als u twee telefoonlijnen hebt, geeft
een nummer de actieve lijn aan.
Er is een hoofdtelefoon of inductielus aangesloten
op het apparaat.
Er is een handsfree-carkit aangesloten op het
apparaat.
Uw apparaat is bezig met synchroniseren.
Er kunnen ook andere symbolen worden weergegeven.